Als pretparkfan krijg je regelmatig dezelfde vragen voorgeschoteld. Dingen als… Is dat niet waanzinnig duur? Voel jij jezelf daar niet te oud voor? Ga jij dan elke week naar Bobbejaanland? Wist je al dat er een nieuwe rollercoaster van Tomorrowland bestaat? Word je niet gek van al die kleine kinderen? Heb je al eens professionele hulp overwogen?
Een andere vraag die vaak terugkeert, is deze:
Oh seg, zijt gij al naar dat Harry Potter-pretpark in Amerika geweest?
Ik antwoord meestal met een vriendelijke glimlach ja, maar diep vanbinnen begint er een betweterig stemmetje te protesteren. Ik wil op zulke momenten namelijk uitschreeuwen dat het zogenaamde Harry Potter-park slechts een themagebied in een groter pretpark is. En om dat themagebied te zien, moet je inderdaad naar Amerika of Azië reizen. De originele versie van die befaamde Wizarding World is te vinden in Universal’s Islands of Adventure, een park dat zelfs voor de komst van die Britse tovenaar al behoorlijk attractief was. Hou je dus klaar voor een virtueel reisje naar een van ’s werelds meest bejubelde themaparken.
Vacation Like You Mean It. De slagzin van Universal Orlando Resort liegt er niet om; hier moet je zijn voor een reis vol ongelooflijke ervaringen. Toch maakte Universal Studios Florida me maar gematigd enthousiast. Hoewel dit themapark zich op een heleboel beroemde filmfranchises baseert, is het een ietwat zielloze plek met een overdosis aan schermen en 3D-attracties. Toen Universal in 1999 een tweede park opende, ging men gelukkig een totaal andere kant op. Islands of Adventure werd een park met een klassieker attractie-aanbod en een themaniveau dat niet moest onderdoen voor dat van het 15 kilometer verderop gelegen Walt Disney World.
Het contrast tussen de beide Universal-parken is enorm. Terwijl Universal Studios z’n bezoekers verwelkomt met een kille asfaltstraat en torenhoge loodsen, pronkt Islands of Adventure met het oogverblindende Port of Entry. Deze toegangszone transporteert ons naar een exotische wereld waarin je ogen te kort komt. De façades zien er fantastisch uit, er zijn ontelbare details en bombastische muziek doet me vermoeden dat er een dag van epische proporties aankomt. Spoiler alert: dat vermoeden blijkt terecht.
Goed, laat ons maar meteen met de deur in huis vallen en het over Universal’s nieuwste aanwinst hebben. In 2021 werden wij als Belgen stevig verwend met sexy achtbaanstaal op eigen bodem. Toch waren Kondaa en Ride to Happiness niet de enige nieuwe rollercoasters die vorig jaar openden. Op wereldniveau was er bijvoorbeeld ook bovengemiddeld veel aandacht voor VelociCoaster. Deze gelanceerde achtbaan nestelde zich in de Jurassic Park-themazone, ondanks het feit dat hij eigenlijk op de recentere Jurassic World-films gebaseerd werd. Het resultaat is een ietwat hipper en sterieler uiterlijk, maar ik durf niet spreken van een brutale clash met de rest van het gebied. Wel integendeel. VelociCoaster creëert een welgekomen extra portie dynamiek, zonder daarbij de bestaande setting te bezoedelen. Het exotische groen van weleer is er nog steeds en het statige Discovery Center wordt perfect benut als een barrière tussen het oude en het nieuwe Jurassic Park.
Het is enkele minuten over negen wanneer we bij de toegangspoort van VelociCoaster arriveren. Tot onze grote verbazing voorspelt men op dit vroege tijdstip een wachttijd van amper 20 minuten, dus we twijfelen geen moment om de rij te betreden. Een aanzienlijk deel van die wachtruimte is overigens schitterend gedecoreerd, maar van een diepgaand verhaal is er eigenlijk geen sprake. VelociCoaster is namelijk gethematiseerd als… achtbaan. Niet meteen de invalshoek die ik verwachtte, al is de uitwerking prima. Tijdens een ludieke voorshow stelt Claire Dearing dit als haar nieuwste attractie voor, waarop Owen Grady ons waarschuwt dat het een vreselijk idee is om met een achtbaantrein door de paddock van de raptors te rijden. Wij slaan zijn advies, net zoals alle andere wachtenden, in de wind en duwen vijf minuten later een comfortabele Intamin-beugel in onze schoot.
Ik vond ‘Blitz Coaster’ altijd een erg fijne benaming, maar blijkbaar noemt Intamin dit tegenwoordig gewoon ‘LSM Launch Coasters’. Ondanks de iets minder inspirerende naam, heeft VelociCoaster alle power en grandeur van de voorgangers die wel als Blitz Coaster het levenslicht zagen. De ervaring die ik vanochtend voorgeschoteld krijg, doet zelfs fel terugdenken aan die van Taron in Phantasialand. Net zoals dat bij de Duitse neef het geval is, blijkt Velocicoasters eerste achtbaangedeelte fijn, doch niet buitengewoon. Er wordt wat met hangtime, banking en kleine shotjes airtime geëxperimenteerd, maar de intensiteit blijft binnen de perken. Vanaf de tweede acceleratie gaat het er daarentegen een stuk heftiger aan toe. De 47 meter hoge heuvel genereert grandioze airtime voor de backseat-passagiers, terwijl de daarop volgende stall een heel bijzonder gevoel genereert. Het absolute hoogtepunt van VelociCoaster zit verstopt in de laatste meters: de barrel roll boven het centrale meer is geniaal. Stel het jezelf gerust als Blue Fire’s laatste inversie voor, maar dan met een verdubbelde snelheid. Fan-tas-tisch.
Is VelociCoaster de beste achtbaan van deze planeet? Neen, dat zou ik niet durven beweren. Hoewel het tweede gedeelte bij de wereldtop hoort, blijkt de eerste helft toch een beetje tammer dan gehoopt. Als je me echter vraagt of VelociCoaster een notering in m’n top tien verdient, zeg ik resoluut ja. Dat is niet louter aan de ritervaring, maar ook aan de prima sfeer en theming rondom de baan te danken. VelociCoaster is dus een schot in de roos en z’n herhalingswaarde ligt hoog.
VelociCoaster is tegenwoordig duidelijk de blikvanger van dit themagedeelte. Tot vorig jaar werd die rol echter vervuld door Jurassic Park River Adventure, een waterattractie van enorme proporties. Ik heb deze ride altijd een warm hart toegedragen omdat hij z’n verhaal op een heel overtuigende wijze brengt. Vanuit zo’n vaartuig de poorten van Jurassic Park zien openen, de onsterfelijke melodie van John Williams horen en net op tijd ontsnappen aan de T-Rex… het is allemaal zo sterk uitgevoerd. Toch is het begrijpelijk dat men onderhoudswerken bij de waterattracties liefst in deze periode van het jaar uitvoert, dus we moeten het vandaag zonder River Adventure stellen. Gelukkig komt er over anderhalve week al een herkansing in Universal Studios Hollywood.
Een andere attractie die we eveneens in Hollywood zullen terugvinden – weliswaar in een totaal andere vorm – is Skull Island: Reign of Kong. Deze ride is qua thematiek een buitenbeentje binnen Islands of Adventure. Hij hoort namelijk niet bij een van de eilanden, maar werd een beetje geforceerd tussen Jurassic Park en Toon Lagoon geperst. Bovendien is het een attractie die van op de wandelpaden nauwelijks zichtbaar is. Het naambord is weliswaar knap en in de achtergrond spot ik een enorme tempel, maar that’s it. Vanuit fotografisch standpunt is dit een misser, al wordt hierdoor wel een deel van het mysterie bewaard. De dreigende wachtruimte blijkt vandaag verlaten, dus we kunnen meteen inschepen voor onze expeditie. Ik herinner me dat Skull Island me vorige keer enigszins teleurstelde. Ik had m’n zinnen namelijk op een indrukwekkende dark ride gezet, maar kreeg zo’n suffe immersive tunnel in de plaats. Nu stap ik echter met juiste verwachtingen in, en dan valt de attractie niet tegen. Als het over immersive tunnels gaat, is Skull Island immers het neusje van de zalm. De beelden zijn scherp en de reële decors leveren een mooie meerwaarde. En oog in oog komen te staan met die reusachtige King Kong-animatronic, dat is gewoonweg heel cool. Hoewel Skull Island beslist niet de beste Universal-attractie is, vormt het dus wel een prettig tussendoortje.
Het voelt tegenstrijdig (maar allesbehalve onprettig) om op de kalender te lezen dat het januari is, terwijl we met een aangenaam zonnetje en 25 graden door het park kuieren. Toch kan je hierdoor duidelijk de locals van de toeristen onderscheiden. Bezoekers uit Florida vinden deze temperaturen blijkbaar winters genoeg om een dikke jas en sjaal te dragen, terwijl een aantal toeristen zich alsnog aan de waterattracties van Toon Lagoon wagen. Ik moet toegeven dat ik mezelf bij het kamp van de niet-durvers indeel. Hoewel ik met zulke weersomstandigheden heus niet bang ben van een spatje water, zijn Dudley Do-Right’s Ripsaw Falls en Popeye & Bluto’s Bilge-Rat Barges simpelweg te natmakend. Deze boomstammenbaan en rapid river worden vaak bij de meest legendarische versies in hun categorieën gerekend en je verlaat ze sowieso met kletsnatte kledij. Ik ben vol bewondering voor diegenen die deze waterexpedities wel ondernemen, maar wij beperken ons vanmiddag tot kijkplezier van op de droge oever. Wanneer er bij de droogcabines een meterslange rij verkleumde wachtenden ontstaat, beseffen we trouwens dat we de juiste keuze maakten.
We laten Toon Lagoon achter ons en betreden Marvel Super Hero Island. De hoofdrolspelers in beide gebieden zijn stripfiguren, maar de invalshoek verschilt drastisch. Terwijl Toon Lagoon een soort slapstick-sfeer uitstraalt, gaat het er in dat Marvel-gebied een stuk ruiger aan toe. Voor mij persoonlijk is het allemaal wat te schreeuwerig en luid, al moet ik toegeven dat Super Hero Island er piekfijn bij ligt. Universal maakt het quasi onmogelijk om deze zone te haten, want men plantte er twee Champions League-waardige rides neer.
Nummer één is The Amazing Adventures of Spider-Man, een dark ride waar elke superheld zijn naam aan wil lenen. Ondanks het feit dat de attractie alweer 23 jaar oud is, kan ik hier alleen maar goede dingen over schrijven. De verhaallijn is makkelijk te begrijpen, de speciale effecten zijn van wereldklasse en de bewegingen van het voertuig werden met een ongelooflijke precisie afgestemd op de (haarscherpe) beelden. Dit is Universal op z’n allerbest en zoiets gaat niet onopgemerkt voorbij. Wist je dat The Amazing Adventures of Spider-Man van 2001 tot 2013 ononderbroken de Golden Ticket Award voor beste dark ride in de wacht sleepte? En weet je wat ook frappant is? Dat de dark ride die Disney ruim twee decennia later aan dezelfde superheld wijdt nog niet aan de knieën van deze kanjer komt. Maar hierover vertel ik je binnenkort graag meer in het report over Disney California Adventure Park.
Een achtbaan bijna volledig afbreken en vervolgens in een geperfectioneerde versie heropbouwen, dat verdient lef. Een park laat hiermee namelijk doorschemeren dat men die ride legendarisch genoeg vindt om hem niet door een totaal andere ervaring te vervangen. De werkwijze werd al toegepast door de Efteling, maar ook door Universal. En eerlijk is eerlijk… in het geval van Universal was dat een gouden zet. Ik zou me Islands of Adventure namelijk moeilijk kunnen voorstellen zonder de groene tracks van The Incredible Hulk Coaster. Deze achtbaan is zó herkenbaar, zó fotogeniek en zó imposant dat hij na 26 jaar heus nog niet uitgebruld was. Hulk 2.0 moet qua intensiteit overigens niet onderdoen voor z’n voorganger: de baan heeft nauwelijks rustmomenten en we knallen met een ongelooflijke rotvaart door de zeven inversies. VelociCoaster mag momenteel dan wel het gros van de aandacht opeisen, maar deze B&M blijft ontegensprekelijk de meest intense achtbaan van het park.
Even een praktische mededeling tussendoor… eentje over rugzakken en losse objecten. Terwijl Disney toelaat om die bagage in iedere attractie mee te nemen (TRON is hierop de enige uitzondering, voor zover ik weet), is de werkwijze van Universal totaal verschillend. Hier stelt men bij zowat elke grote attractie lockers ter beschikking en je wordt verplicht om daar alles in achter te laten. Op zich is dat geen probleem, maar het systeem is tijdens de afgelopen jaren wel grondig veranderd. Sommige bezoekers herinneren zich wellicht nog de kluisjes die met een vingerafdruk geopend werden. Wel, kluisjes van dat formaat zijn tegenwoordig betalend geworden. Er zijn gelukkig nog steeds gratis exemplaren, maar die zijn opmerkelijk kleiner. Hoewel je vroeger gemakkelijk twee rugzakken in een kluisje stopte, moet ik vandaag stevig proppen om één halfvolle rugzak in zo’n krap kastje te krijgen. Dit lijkt misschien een detail, maar de grootte van je handbagage is tegenwoordig dus niet onbelangrijk tijdens een bezoek aan Universal. Het systeem met vingerafdrukken werd overigens ingeruild voor barcode-scanners, wat de snelheid van de kluisjesverhuur ten goede komt.
In themagebied Seuss Landing hebben we geen lockers nodig, want echt spectaculaire rides staan er hier niet. Deze kleurrijke zone is op jonge kinderen gericht, iets wat zich weerspiegelt in het attractieaanbod. Moet je dit gebied dan gewoon overslaan? Neen, in mijn ogen niet. The High in the Sky Seuss Trolley Train Ride blijkt een vermakelijke rondrit en de zogenaamde Caro-Seuss-el is een lust voor het oog. Als liefhebber van dark rides kan ik trouwens ook The Cat in the Hat warm aanbevelen. Dit is namelijk een verrassend lange rondrit waarin de verschillende scènes aan elkaar gepraat worden met grappige rijmpjes. Hoewel het personage van Dr Seuss me helemaal onbekend is, tovert deze vrolijke familieattractie een instant glimlach op m’n gezicht. Het feit dat er zelden wachtrijen staan, is mooi meegenomen.
Over wachtrijen gesproken… We mogen vandaag absoluut niet klagen in Islands of Adventure. Vlotte operations zorgen ervoor dat we voorlopig alleen (minimale) rijen aantroffen bij VelociCoaster en The Incredible Hulk. Bij de andere attracties mochten we meteen instappen. Dit verandert wanneer we The Wizarding World of Harry Potter zien opdoemen. Het gebied geldt nog steeds als het epicentrum van alle actie in Universal. Het is er altijd over de koppen lopen en bezoekers blijven fortuinen spenderen aan Butter Beer en magische toverstafjes. The Wizarding World fungeert als een bodemloze cashmachine, maar het is Universal van harte gegund. Het themaniveau dat men hier bereikte, behoort immers tot de wereldtop. Zelfs als Harry Potter-leek kijk ik hier telkens weer met grote ogen om me heen.
De schoonheid van Hogsmeade is nauwelijks in woorden te vatten, maar de wachttijd voor Hagrid’s Magical Creatures Motorbike Adventure kan gelukkig wel in cijfers uitgedrukt worden. Een bord aan de toegangspoort vertelt dat het ongeveer 60 minuten aanschuiven is en die voorspelling blijkt verrassend accuraat. En geloof het of niet: één uur wachten is eigenlijk een extreem goede deal bij deze attractie. Wanneer ik enkele dagen later terugkeer tijdens een weekenddag, zie ik de rij immers tot in The Lost Continent (een aangrenzend themagebied) slingeren. Het theater van de voormalige Sindbad-show doet op drukke dagen dienst als een extra zigzag-wachtrij en op zulke momenten zijn wachttijden van ruim 150 minuten niet eens uitzonderlijk. Weet bovendien dat deze achtbaan een zekere storingsgevoeligheid heeft. Je wil echt geen intercom-melding over een delay in operations horen nadat je twee uur geduldig aangeschoven hebt, toch?
Expedition Everest in Walt Disney World gold jarenlang als ’s werelds duurste achtbaan. De 100 miljoen dollar van Disco Yeti is echter een peulschil vergeleken met het bedrag dat Universal aan Hagrid’s Motorbike Adventure spendeerde: het ding kostte maar liefst 300 miljoen dollar. Gelukkig krijg je daar wel wat voor terug. Zeven lanceerstroken en twaalf bloedmooie treinen, bijvoorbeeld. Daarnaast is het duidelijk dat men bij Intamin aangedrongen heeft op een monstercapaciteit. De voertuigen staan in het station geen moment stil en iedere 30 seconden wordt er een nieuwe lading motorrijders het traject op gestuurd. Als pretparkliefhebber kan je hier alleen maar goedgezind van worden… en dan had ik het nog niet eens over de eigenlijke ritervaring! Want oh mijn god, wat hebben Universal en Intamin een briljante coaster afgeleverd. Hagrid’s is niet alleen buitengewoon soepel en amusant, maar ook qua opbouw zit het hier honderd procent goed. Hoewel de rit start met een aantal matige acceleraties, wordt de ervaring gaandeweg steeds een beetje krachtiger. De tweede helft van de lay-out bevat enkele onverwachte wendingen en de zevende, verbazend pittige lancering vormt een mooie kers op de taart. Conclusie? Hagrid’s Magical Creatures Motorbike Adventure is een van ’s werelds meest volmaakte familieachtbanen. Deze locatie was ooit de thuishaven van een iconisch B&M-duo, maar Universal zorgde voor een méér dan waardige opvolger.
Qua populariteit heeft Hagrid duidelijk het stokje overgenomen van Harry Potter and the Forbidden Journey, de oorspronkelijke headliner van The Wizarding World. Forbidden Journey opende, tezamen met het themagebied, in 2010 en stond toen garant voor urenlange wachttijden. Vandaag beperkt de rij zich tot het gedeelte binnen de kasteelmuren, waardoor we hooguit een kwartier moeten schuifelen. Tijdens dat kwartier ontdek ik een van de knapst gethematiseerde wachtruimtes van pretparkland. In combinatie met het oogverblindende exterieur van Hogwarts creëert dat natuurlijk hoge verwachtingen… en die worden tijdens de rit helaas niet volledig ingelost. Ik geef graag toe dat het ritsysteem een juweeltje is en dat die robotarmen je wel erg dicht bij de actie brengen. Toch blijft Forbidden Journey in mijn ogen een attractie met schoonheidsfoutjes. De plafonds zijn te vaak zichtbaar en de overgangen naar de schermscènes verlopen onsubtiel. Ik ervaar die passages op de bolle schermen bovendien telkens weer als misselijkmakend, wat m’n mening uiteraard ook beïnvloedt. Ik zal geen moment betwisten dat Forbidden Journey een grensverleggende attractie was, maar The Amazing Adventures of Spider-Man blijft zonder discussie mijn favoriete dark ride van Islands of Adventure.
We moeten het nog even hebben over The Lost Continent, een koninkrijk dat z’n naam tegenwoordig helaas waarmaakt. Ooit het grootste en meest tot de verbeelding sprekende themagebied van het park, nu nog slechts een schim van zichzelf. De grote doodsteek kwam er eigenlijk al in 2010, toen Harry Potter nogal wat territorium afsnoepte. Vanaf dat moment moest The Lost Continent verder met twee shows, een fancy restaurant en een sprekende fontein.
Anno 2022 beperkt het aanbod zich zelfs tot het restaurant en de fontein. De Sindbad-stuntshow verdween vier jaar geleden al, maar een ramp was dat niet. Dit was namelijk een heel slechte voorstelling in een heel hip theater. Een soort Floridiaanse Raveleijn, zeg maar. Ten slotte is er Poseidon’s Fury, een speciale effectenshow die sinds de verplichte coronasluiting van 2020 nog geen heropstart maakte. De attractie werd vooral legendarisch omwille van z’n monumentale voorgevel (een van de mooiste bouwwerken in pretparkland, als je het mij vraagt), maar binnenin is het een net-niet-verhaal. Poseidon’s Fury zou volgens de laatste geruchten snel terugkeren en wordt daar tijdens ons bezoek op voorbereid. Laat ons vooral hopen dat niet alleen het exterieur, maar ook de voorstelling de nodige upgrades krijgt.
Na het invallen van de duisternis haasten we ons nogmaals naar VelociCoaster. En je raadt het al… een avondritje op deze kanjer is behoorlijk kicken. We worden backseat ingedeeld en dat vormt vooral tijdens het tweede achtbaangedeelte een enorme meerwaarde. Na dit nachtelijke bezoekje aan de raptors is het helaas gedaan met de pret, maar we mogen terugblikken op een schitterende dag. Dat komt enigszins als een verrassing, want tijdens mijn laatste bezoek maakte Islands of Adventure geen verpletterende indruk. Het park had toen Dragon Challenge al gesloten, maar van Hagrid’s Motorbike Adventure was er nog geen sprake. Dat zorgde voor een tamelijk grote leegte in het coaster-aanbod, want The Hulk was eigenlijk de enige sterkhouder. Vandaag de dag ligt dat anders. Dragon Challenge kreeg een succesvolle opvolger en VelociCoaster is nu reeds een klassieker. Islands of Adventure kan dus terugvallen op een ijzersterke line-up. Je vindt in dit park drie achtbanen, drie waterattracties en twee dark rides die allemaal meespelen bij de wereldtop. Slechts weinig parken hebben zoveel kwaliteit in handen.
Islands of Adventure levert een zeer solide product. Voor de dollars die je hier achterlaat, is dat ook het minste dat je mag verwachten. Ter vergelijking: een dagticket voor dit park kost je tijdens het laagseizoen evenveel als een tweedagenkaart voor Europa-Park. Toch zijn zulke tarieven in Orlando te verantwoorden. De rechtstreekse concurrentie van Walt Disney World speelt namelijk in dezelfde prijsklasse. Bovendien is Universal al lang niet meer het secundaire pretparkresort van Florida. Het valt op dat Universal tegenwoordig Disney niet meer achtervolgt, maar mee het tempo bepaalt. Dit wordt duidelijk dankzij de mega-investeringen van de afgelopen jaren, en de inhaalslag lijkt nog lang niet voorbij. Universal werkt volop aan Epic Universe, een derde themapark dat volgens de huidige planning in 2025 zal openen. Een kwalitatieve evenknie van Islands of Adventure zou al fantastisch zijn, maar met een naam als Epic Universe belooft Universal ondubbelzinnig een superieure ervaring. Ik ben zeer benieuwd… en Disney is dat wellicht ook.
Islands of Adventure bevestigde vandaag dat ik nog steeds de allerleukste hobby ter wereld heb. Universal levert misschien wel het beste themapark van Florida… en dat komt uit de mond van een Disney-fan. Toch blijft Walt Disney World zonder discussie mijn favoriete resort in Orlando. Dat zie je ook aan m’n tijdsindeling tijdens deze reis. Hoewel ik in Universal genoeg heb aan een tweedagenticket, verschaft mijn Hopper-pas maar liefst tien dagen toegang tot de vier Disney-themaparken. Er valt dus veel te vertellen en dat zal ik in de volgende reports met plezier doen. Tot snel… in Walt Disney World.
Het uitgebreide fotoalbum van Islands of Adventure (+/- 110 plaatjes) vind je hier terug.
Glenn