Ik geniet altijd enorm van het lezen van trip reports. Zelf beleefde ik alleen nooit de avonturen om er eentje te kunnen schrijven, maar nu ik eindelijk zelf een tripje heb gemaakt is het tijd om een TR terug te geven aan het universum. Dit is dus mijn eerste TR, maar als het bevalt, dan kan ik de andere parken die ik tijdens de reis bezocht heb zeker ook beschrijven.
Voor iemand die attractieparken als een hobby beschouwd bezocht ik er beschamend weinig. Niet alleen geld was een probleem – als student klotst het geld nou eenmaal niet tegen de planken – maar ook het gemis van een auto maakt het bezoeken van buitenlandse parken een stuk lastiger. Tel daarbij op dat ik eigenlijk niemand ken om de hobby mee te delen en het resulteerde erin dat ik nauwelijks nieuwe parken bezocht, ondanks dat de wil er altijd wel was.
Zeker het afgelopen jaar zette ik praktisch geen voet voorbij een entreepoort omdat ik mijzelf volledig wilde focussen op een lang en intensief afstudeertraject. 13 maart 2025 was echter een heuglijke dag. Niet alleen mocht ik mezelf vanaf dat moment ingenieur in watermanagement noemen, maar vanaf dat moment was ik ook vrij. En man, ik had behoefte aan vakantie: nieuwe plekken zien, kamperen in prachtige natuur, met de raampjes open en muziek uit de speakers cruisen over kronkelende weggetjes en bovenal had ik zin in achtbanen, heel veel achtbanen. Mijn behoefte aan adrenaline was enorm en mijn behoefte om al te gaan werken was nul. Dit was het moment. Ik had eindelijk tijd, eindelijk genoeg spaargeld om uit te geven en van mijn ouders kon ik een auto lenen. Het enige wat miste was een reisgenoot, maar om het plan daar nou op stuk te laten lopen? “F*ck it”, dacht ik, “ik ga gewoon alleen”. Dus vertrok ik in mijn eentje voor tweeënhalve week naar Denemarken, Zweden en het noorden van Duitsland voor een reis langs 10 voor mij nieuwe parken, vermengd met culturele uitstapjes en het natuurschoon dat in die regionen voor het oprapen ligt. Let’s go!
29 april 2025, dag 16: Hansa Park
De dag begint in mijn tentje in een stuk bos ten noorden van het Deense stadje Nykøbing Falster. Waar in Nederland wildkamperen verboden is en in Zweden het bekende allemansrecht geldt, zitten de Denen er een beetje tussenin; Naturstyrelsen, wat volgens mij zo ongeveer de Deense tegenhanger van Natuurmonumenten is, heeft door het hele land heen bossen aangewezen waarin je mag wildkamperen. Via de makkelijke website udinaturen.dk had ik dit stuk bos tot camping verkozen door de ligging dichtbij Rødbyhavn, vanwaar een veerboot mij naar het Duitse Puttgarden zal brengen. Het is zo’n 35 minuten rijden naar Rødbyhavn en hoewel mijn wekker een uur voor de check-in deadline gaat, blijkt het toch iets te krap gepland: ik moet stevig (lees: consistent 10 km/h te hard) doorrijden om mijn boot van 08:15 te halen. Uiteindelijk check ik drie minuten voor de deadline in en mag ik als laatste auto in de rij de boot oprijden. Tijd voor toilet, een warme kop thee, mijn meegenomen ontbijt bestaande uit roggebrood en jam en eens kijken waar we vandaag eigenlijk heen gaan.
Want eigenlijk weet ik niet zoveel van Hansa Park af. Ik weet dat ze een enorm gedrocht van een achtbaan hebben staan en dat hun drop tower de hoogste van Europa is, maar daar houdt het wel op. Met wat scrollen over RCDB en het lezen door wat oude TRs is de drie kwartier op de boot zo om en heb ik genoeg voorpret binnen om eens lekker op de Autobahn naar Sierksdorf te knallen. Het mag echter niet zo zijn: uiteraard verwelkomt Duitsland me met een kilometerslange Baustelle. Maar geen nood: het is prachtig weer en op een doordeweekse dinsdag verwacht ik in Duitslands enige attractiepark aan zee geen drukte. En inderdaad: om kwart over tien rij ik samen met slechts tientallen andere auto’s het parkeerterrein van Hansa Park op. Dit wordt een mooie dag!
Een niet-sfeervol bruggetje leidt me naar de wel-sfeervolle ingang van Hansa Park. Wat een gaaf entreegebied heeft dit park! Allemaal historische gebouwen met connecties naar de Hanze en ze zijn hier stuk voor stuk prachtig gerepliceerd. Wat een briljante variant op de standaard mainstreet. En alle gebouwen zijn ook nog eens voorzien van een elegant informatiebordje, waar ik als fervent bordjeslezer uitgebreid de tijd voor neem – het wordt immers toch niet druk vandaag. Ik dacht naar een attractiepark te komen, maar waan me hier even in een openluchtmuseum. IJzersterke eerste indruk.

Prachtig entreegebied. Dit is thematisering op wereldniveau.
Papieren plattegronden lijken vandaag niet uitgedeeld te worden. Jammer, dan maar op het wereldklasse oriëntatiesysteem in mijn hoofd vertrouwen. Dat brengt me als eerste bij Highlander, die helaas in panne ligt; het was hier dat ik leerde dat de catchcar van een Funtime drop tower ook als onderhoudsplatform kan worden gebruikt. Ik loop daarom door naar mijn hoofdtarget van vandaag en nadat mijn wereldklasse oriëntatiesysteem even volledig crashte te midden van een tipidorpje, sta ik na een paar minuten oog in oog met de grote groene supportspaghetti.

Telefoonfotootje. Ik zat een paar jaar in een appgroep met iemand die toen treffend zei “Er zijn hier meer tokkies dan Gerstlauer supports, nou dan is het erg hoor.”
Omdat er vaak toch een beetje lacherig over Schwur des Kärnan wordt gedaan omwille van de supportconstructie was ik even vergeten hoe groot dit ding eigenlijk is. De hoogste achtbaan die ik gedaan heb is Silver Star en Kärnan evenaart de hoogte van 73 meter precies. Helaas blijkt de rit middelmatig. Alles binnenin het gebouw is supertof: de stukjes achtbaan in het donker had ik letterlijk niet aan zien komen en het bekende trucje op de lifthill is een unieke ervaring. Zodra je echter de toren uit schiet is het voornamelijk typisch Gerstlauer gerammel, albeit op XL formaat. Ja, hij gaat hard en op sommige punten geeft ie nog wat airtime, maar ik vind het een vrij nietszeggende layout.

Normaal vind ik inversies zeker geen must, maar waarom deze rolls allebei rechtop genomen worden is me een raadsel.
Waar Kärnan in uitblinkt is alles vóór de rit: wát een ervaring. Vanaf het moment dat ik het gebouw betrad wist de attractie me te grijpen. De spanningsopbouw is subliem: de muziek, de geur, de verlichting (of beter: het gebrek daaraan) en de ‘documentaire’ op de schermen trokken me zo het verhaal in. Ik had het geluk front-seat plaats te mogen nemen en toen ik het pikdonker voor me in staarde, merkte ik dat ik daadwerkelijk zenuwachtig was voor wat er ging komen. Der Schwur des Kärnan is een absolute beleving en zelfs ondanks de tegenvallende rit is het lang geleden dat ik ergens zo enthousiast weer naar buiten kwam lopen. Desondanks moet ik toegeven dat de attractie een one-trick pony is die heftig leunt op het onbekende: bij een reride later op de dag merk ik dat het vooral lang wachten is – de capaciteit is immers dramatisch – dus ondanks het feit dat de wachtrij de hele dag praktisch onbestaand is, opteer ik vandaag niet voor een derde rit. Jammer, maar dat eerste ritje staat wel in mijn geheugen gegrift.

Wooooo! Wat een heerlijke gezichtsuitdrukkingen 🙂
Kärnan is onderdeel van een klein Gerstlauer-gebiedje. Voor de kleintjes staat er de uitstekend gethematiseerde Schlange von Midgard, waar een vikingboottreintje tweemaal over het meertje raast. Ook staat er een Sky Fly, als je het mij vraagt nog steeds een van de beste flatrides van de planeet. Het waait vandaag best hard en de windrichting is volgens mij niet bepaald gunstig, maar na een paar ritten weet ik hier toch een nieuw persoonlijk record neer te zetten: 40 keer over de kop. Volgens mij weinig bijzonders vergeleken met anderen hier op het forum, maar ik moet toegeven dat ik dit al niet meer met open ogen kon doen. Gewoon met de ogen dicht en gecontroleerd ademhalen ongecontroleerd spinnen terwijl ik met al m’n kracht de vleugels op positie houd. Het is zwaar, maar altijd leuk. Petitie om mijn lokale BasicFit te vervangen door een Gerstlauer Sky Fly, bitte!

Kärnapulten (ha! goeie woordgrap in die naam). Ook weer goed in thema als enorme trebuchet.

Fantastisch stukje landscaping. De door de logflume gecreëerde golven rechts stromen over het pad naar de lager gelegen vijver links. Voor de kindjes is dit een attractie op zich!
De volgende achtbaan op mijn pad is Crazy Mine, een wilde muis van Maurer. Op het eerste gezicht lijkt dit hetzelfde model te zijn als ik twee weken terug in Bakken deed, maar een snelle Google maakt duidelijk dat dat er eentje van Mack was. Crazy Mine bevalt me in ieder geval beter dan zijn Deense tweelingbroer: iedere bocht weer zwiep ik van de ene naar de andere kant in mijn zitje zoals het een goede wilde muis betaamt. De achtbaan heeft natuurlijk een mijnthema, wat op z’n Duits lekker fout is uitgevoerd met een houterig bandje dat midden in de achtbaan een concert weg geeft, en het is erg tof dat je de toren kan beklimmen. Leuk gedaan, credit binnen, achtbaan goedgekeurd!

Beschaamd moet ik toegeven dat ik een uur lang dacht dat Crazy Mine gesloten was, omdat er een medewerker bij de track bezig was. Blijkt het een pop te zijn wiens kleren gewoon veel lijken op de Hansa Park personeelskleding.
Doorlopend kom ik weer terug bij het Schotse themagebied. Bij Highlander is een mevrouw van de technische dienst nog steeds aan het sleutelen aan de bovenkant van de remstrook. Er staan hier echter ook nog twee achtbanen en die doen het wel! Royal Scotsman is een oude generatie Vekoma junior, niet super soepel, maar hij ragt lekker door en ik vond hem erg vermakelijk. De Scotsman heeft daarnaast leuke interactie met een monster in de vorm van een oude Schwarzkopf. Het meest opvallende aan deze achtbaan vind ik de naam: Nessie is een hele korte naam als je het vergelijkt met de rest van de collectie van Hansa Park. Nessie klinkt echter ook heel aandoenlijk en dat strookt wel met het gevoel wat ik bij deze achtbaan heb: hij is niet enorm spannend, heeft zelfs best een saaie layout, maar hij is ook 45 jaar oud en ik kan zeer waarderen dat zo’n oud beestje vandaag de dag nog steeds relatief soepel haar rondjes draait. Looping Star vond ik leuker, maar ik ben blij Nessie gedaan te hebben.

Fijne interactie tussen Nessie en the Royal Scotsman. De ene achtbaan die door de looping van de andere gaat zie je wel vaker, maar hoe vaak gaat een achtbaan nou twee keer door de looping van de ander?

Hé, deze ken ik! Blijkbaar is dit dus gewoon een catalogusarmatuur; weer wat geleerd.
Nu ik toch bezig ben maken we de bingo maar meteen af. Fluch von Novgorod, excuus Flucht von Novgorod – blijkbaar heeft Hansa Park in 2021 de naam veranderd om te vieren dat er geen coronabesmettingen in het park waren gerapporteerd (boven mijn hoofd zweeft een groot vraagteken, ik mis de connectie tussen vluchten en de geen besmettingen) – afijn, Flucht von Novgorod is een grote verassing! Ik wist dat het een Euro-Fighter was, maar de lancering had ik niet verwacht. Terugrijdend het gebouw in lijkt hij alleen wel erg kort te zijn, totdat duidelijk wordt dat deel twee van de achtbaan volledig indoor is. Over het algemeen ben ik niet snel gecharmeerd van een Euro-Fighter, maar deze is wel erg leuk, een bescheiden topper als je het mij vraagt. Enig nadeel vind ik is dat het duidelijk het kleine broertje van Kärnan is: beide hebben een verticale lift en drop, beide zijn deels indoor, de achtergrondverhalen zijn enorm gelijkend en visueel is het thema praktisch hetzelfde. Dat valt me inmiddels überhaupt wel op: zowel Schwur des Kärnan, Schlange von Midgard, Flucht von Novgorod en Nessie hebben allemaal mooi gethematiseerde stationsgebouwen, maar visueel is het wel een beetje eenheidsworst.
Na de rit blijkt Flucht von Novgorod inpandig nog een kleine tweede attractie te huisvesten: de route naar de uitgang splitst in tweeën, waarna je via een soort doolhofsectie pas uitkomt in de souvenirshop. Of niet, want ik koos de verkeerde gang en kon dus teruglopen. Gelukkig maar, anders had ik deze enorm toffe feature volledig gemist.

Een vogel was druk bezig met het bouwen van een nestje in de track van Flucht, terwijl de baan gewoon actief was.

De uitgang van Flucht von Novgorod had niet verder van de ingang af kunnen liggen; als ik de souvenirshop uit loop bevind ik me plotseling in een Mexicaans themagebied. Enigszins desoriënterend. Vlak na het nemen van deze foto vindt een vogel het trouwens nodig om op mij te poepen. Boeeh!
Ik besluit niet in Mexico te blijven, maar eerst mijn bingo compleet te maken met de nieuwste, grootste en spannendste achtbaan van Hansa Park: der Kleine Zar, een mini-achtbaan van drie meter hoog en vijftig meter lang. Helaas is het treintje net vol, waardoor ik tot mijn grote schaamte in mijn eentje moet wachten totdat deze achtbaan die overduidelijk gericht is op peuters zijn vijf rondjes heeft gedraaid. Alles voor bingo mensen, alles voor de bingo. En hé, het is in ieder geval weer eens wat anders dan de zoveelste Zierer Tivoli Small.

Tof aangekleed, t’is van buiten net een houten achtbaan. Dit hele gedeelte van het park, the Old Time Fun Fair, is sowieso erg sfeervol. Leuk, uniek thema.
Intussen is het een uur of één (that’s right, het is dusdanig rustig dat ik in ruim twee uur de bingo te pakken heb) en ik heb rammende honger. Ik heb al wat om me heen gekeken naar wat er zoal verkocht werd, maar het meeste is toch snack en frituur en ik heb liever iets gezonders als middageten. Uiteindelijk strijk ik neer bij Weltumsegler, wat een soort IKEA-restaurant is rechts van de parkentree. Ik neem een alcoholvrije halve liter weizen (tja, je bent in Duitsland hè), een frisse salade en, als groot liefhebber van augurken, een wrap waar ‘gurken’ in zouden zitten. Wanneer ik buiten op het terras vol verwachting een hap neem van mijn gurkenwrap blijkt dat er alleen saaie komkommers inzitten; verdomme, ben ik er wéér ingetrapt.

Sfeervol uitzicht vanaf een zonovergoten terras.
Na het eten is het tijd om te ontdekken wat Hansa Park nog meer te bieden heeft. Een beetje weggestopt vind ik een HUSS Troika, die ik even skip omdat ik mijn eten graag in mijn maag wil houden. Helaas ga ik vergeten hem later op de dag nog te doen, wat extra jammer is als ik er thuis achter kom dat deze apparaten tegenwoordig in Europa vrij zeldzaam zijn. Naast de Troika staat een groot gebouw van witte golfplaten: uiteraard heeft Hansa Park – net zoals ieder zichzelf respecterend Duits pretpark – een enorm foute en hopeloos gedateerde space ride. Ik vind het fantastisch dat deze dingen nog bestaan, ondanks dat ze altijd zwaar over de datum zijn. Binnenin blijken botsauto’s te zitten, gekoppeld aan een spelletje waarmee je punten kunt scoren door bij een serie planeten langs te gaan. Ik had hem graag willen proberen - botsauto’s zijn sowieso een grote favoriet van me – maar door het absolute gebrek aan menselijke aanwezigheid in het gebouw lijkt hij gesloten te zijn. Helaas, dan maar weer naar buiten.

En wat zien we daar?
De technische dienst is er inmiddels in geslaagd Highlander te repareren en de eerste mensen zijn net met een noodvaart naar beneden gedonderd. Tijd om aan te sluiten! Ik moet toegeven vrijevaltorens altijd best wel eng te vinden. Ondanks dat ik geen hoogtevrees heb, zit ik daarboven nooit echt comfortabel. Ik stap er juist daarom altijd in, want ik zou het jammer vinden het straks helemaal niet meer te durven en daardoor de enorme kick van het vallen te moeten missen. Gelukkig heb ik de voorgaande weken al meerdere andere torens kunnen doen om de zenuwen wat te temmen, want Highlander is een serieus grote jongen: met een valhoogte van 103 meter is het zelfs de hoogste van Europa. Eenmaal boven heb je dan ook een prachtig uitzicht over de wijde omgeving, totdat je plotseling een stuk voorover kiept! Waarom heeft niemand mij verteld dat dit ding kantelende stoeltjes heeft?! De schrik maakt echter snel plaats voor het euforische gevoel van de plotselinge vrije val. Highlander is niet zo intens als sommige andere torens dat zijn, maar maakt dat met zijn hoogte ruimschoots goed.

Iedere attractie in Hansa Park heeft een komisch groot bord met veiligheidsvoorschriften bij de ingang staan. Zelfs bij de kleinste van kleine attracties kun je een enorme disclaimer lezen.
Zoals eerder geschreven kwam ik voor de lunch enigszins verbaasd uit Flucht von Novgorod gelopen omdat de uitgang in het Mexicaanse themagebied Fiesta del Mar is gelegen. Of Mexicaans… het zal waarschijnlijk een mix zijn van Latijns-Amerikaanse stijlen. Een wandeling door dit stadje is alleen veel treuriger dan wat je van die feestelijke culturen verwacht: op de Technical Park Sidecar attractie is er hier niets te beleven. Achter een grote gevel lijkt me een theater te zitten, maar de shows worden op een rustige dag als vandaag logischerwijs niet opgevoerd. Wat er hier wél open is, is een arcadehal. Voor velen een smet op een themapark, maar als liefhebber van flipperkasten neus ik er graag even rond en deze arcade stelt niet teleur: er staan er hier maar liefst zes. Helaas voor de bankrekening van Hansa Park heeft de wisselautomaat er geen zin in, waardoor mijn briefgeld noodgedwongen in mijn portemonnee blijft zitten. Gelukkig voor mij staan er nog wat credits op een van de kasten, waardoor ik mijn honger naar flipperen iets kan stillen.

Bijna helemaal verlaten. De vrolijk gekleurde vlaggetjes doen hun best, maar Fiesta del Mar doet meer dystopisch aan dan feestelijk.
Via een vrij trieste uitloper van het Latijns-Amerikaans stadje, die inmiddels volledig gedomineerd wordt door de duistere toren van Kärnan, kom ik terecht voor een unieke attractie. Störtebeker’s Sea Raid lijkt rechtstreeks ontsnapt te zijn uit een lokaal waterpark en staat nu verstopt in het noordelijkste puntje van Hansa Park. De fun van waterattracties zit hem voor mij vooral in het lachen met je gezelschap over hoe nat iemand is geworden en meestal sla ik logflumes en rapids dan ook over als ik in m’n eentje ben. Voor deze raft slide - of hoe het ook heet - maak ik echter graag een uitzondering en gelukkig mag ik royaal in mijn eentje in een van de grote ronde rafts plaatsnemen. Eenmaal boven liggen er tot mijn verassing rubber matten verspreid door de goot, waardoor mijn raft als een bezetene gaat tollen totdat we uiteindelijk lieflijk naar beneden splashen. Na een minuutje of twee languit in het zonnetje dobberen komen we terug in het station, waarna ik wel kan concluderen: wat is dit een heerlijke attractie in al zijn eenvoud.

Störtebeker’s Sea Raid is zo’n simpele attractie, maar ik ben fan!

Relaaaaaxed. Overigens een puntje van kritiek: hoewel ik kwaliteit van theming in Hansa Park over het algemeen erg hoog vind, heeft men met dit gebouw de plank misgeslagen. Twee verschillende soorten steen achter de gaten in het stucwerk is al onrealistisch, maar de stuco hoekelementen die hoewel óp het stucwerk geplaatst alleen zichtbaar zijn waar het stucwerk is afgebladderd, maken het overduidelijk nep.

Ook in deze hoek van het park: een kiddie logflume. Ik weet niet wat het is, maar ik vind deze apparaten het summum van schattigheid. Heerlijk om in het zonnetje even te kijken naar de blije koppies die veelal voor het eerst alleen in een boomstammetje mogen.
Ik doe nog wat rerides en wandel wat door het park en het valt me op hoeveel er te ontdekken valt. Bij die Schlange von Midgard kun je vlotje varen, in het westerndorp staan twee kisten die je kunt openen voor een verassing, en rondom het tipikamp blijkt zowel een kleine adventure trail als een gezekerd boomklimparcours te vinden te zijn, net als een klimwand, en een hangbrug, en een wankelbrug… Ik ben inmiddels misschien 25 jaar oud, maar ik hou nog steeds van spelen: dit soort dingen zijn gewoon leuk om tegen te komen!

Een tipisch (HAHAHA) Indianendorp.

Staand op een brug, kijkend naar een brug onder me en mijn mede-avonturiers boven me. Dit soort tafereeltjes maken een park voor mij écht af.

Intrigerende spinnenweb-ausgang. Kan iemand me vertellen waar dit van is (of was)?
Om vijf uur is mijn buik weer gaan rommelen en is het tijd om ergens avondeten te scoren, ik moet namelijk een beetje bijtijds weer door. Ik had gezien dat ze uitgebreide burgers op het menu hadden staan bij Saloon ‘New Chance’, maar jammer genoeg is de keuken daar net gesloten. Bij Joe’s Grill ’n BBQ aan de overkant zijn ze enigszins verrast om een klant te zien, maar ik kan er gelukkig nog wel terecht voor een frietje en een enorme vleesspies. Op een bankje in het zonnetje eet ik mijn eten rustig op voordat ik tegen half zes naar de uitgang wandel.

Ondanks dat westerndorp New Lübeck direct overloopt in het Latijns-Amerikaanse stadje, is het bij de cowboys een stuk levendiger.
Het was een prachtige dag en Hansa Park was top. Het is een super charmant park, met leuke en uitstekend uitgewerkte thema’s en enkele unieke attracties. En dan mag ik eigenlijk niet praten over het aanbod, want er is best veel dat ik niet heb gedaan, zoals drie(!) logflumes, meerdere draaimolens, de Troika, de botsauto’s van Space Scooter en het bekijken van shows. En het stopt daar niet, want het park bouwt ondertussen driftig door aan een Rockin’ Tug, nóg een Gerstlauer family coaster en het enorme mysterieuze gebouw in het entreegebied. Maar uitbreidingen of niet, ik kom hier sowieso nog een keer terug, op een dag met hopelijk ietsje meer bedrijvigheid dan vandaag. Hartje voor Hansa Park!
En na het uitlopen van de wel-sfeervolle entree en het oversteken van het niet-sfeervolle bruggetje rij ik de parkeerplaats af met nog anderhalf uur rijden voor de boeg. Het doel is het aan de Elbe gelegen plaatsje Artlenburg, waar ik een plaatsje hoop te scoren op een camping die wel heel erg doet denken aan een Franse camping municipal. Morgen staat namelijk dat andere noord-Duitse H-park op de planning en ik ben benieuwd of dat net zo goed gaat bevallen. Tschüs!

Twaalf euro voor twee nachten, met gratis schoon sanitair, ’s avonds een zonsondergang en ’s ochtends mytische mist boven de Elbe; een uitstekend gevonden camping, al zeg ik het zelf. Hoog tijd om te gaan dromen over weggeschoten worden uit kastelen, over verborgen paden ontdekken in het Wilde Westen en over lommerrijk dobberen over rivieren.